Een goed gekozen naam

'Lo' betekent 'bos op hoge zandgrond'. We gaan er van uit dat het jongere woord 'bos' een latere toevoeging is met dezelfde betekenis als Lo en het domein origineel enkel 'Lo' heette. De oudste vermelding van het vrij erfgoed dateert uit de middeleeuwen. (midden 14e eeuw).

Versterkte burcht

Het erfgoed Lobos bestond origineel uit een opperhof (versterkte woning, vermoedelijk geflankeerd door een donjon (versterkte toren)), een neerhof of boerderij, een warande (dit is een jachtdomein), wateren, velden, beemden en bossen en de visserij.

op een gedeelte van de Zwarte Beek, nl. dat gedeelte dat doorheen het goed liep. Het geheel was omringd door een slotgracht en aarden omwalling. Het domein had eerder een militair karakter en had het uitzicht van een kleine burcht. Dit 'castellum' was gelegen op een 'motte', een kunstmatig aangelegde hoogte midden in het moerassige broekland van de Zwarte Beek.

Links: Kaart 17e-18e eeuw, rechts: kaart 10 augustus 1769.

Onafhankelijk goed

Het domein maakte oorspronkelijk deel uit van de heerlijkheid Zelem, in handen van de heren van Diest. Deze hebben het goed, als beloning voor bewezen diensten, uit die heerlijkheid gelicht en als vrij erfgoed weggeschonken aan het Diestse riddergeslacht van den Boogaerde alias van Lobosch. Zij kregen zo de volle eigendom en hadden geen verplichtingen meer tegenover de leenheer.

Voorgevel einde 19e eeuw. Links naast de inrit staat eigenaar Victor Jean Vanhoorde

De heren van Lobosch

De titel 'heer van Lobosch' ging eeuwenlang over van vader op zoon of werd doorverkocht aan andere families. De eerste eigenaars, het geslacht van den Boogaerde (14e eeuw) verkocht het domein (of was het een huwelijksgift) aan de familie Vilters (15e eeuw). In 1465 werd het kasteel verwoest. In de 16e eeuw werd het domein verkocht aan de familie de Geloes. Zij lieten het kasteel herbouwen (17e eeuw) naar een aangepaste residentie voorzien van het nodige comfort. Delen van de slotgracht werden gebruikt als verfraaiing van de tuin en zijn nu nog zichtbaar.

Totale verwoesting

Jan Vilters kwam in opstand tegen de Bourgondische inmenging binnen het Prinsbisdom Luik. Zijn verzet zorgde ervoor dat Karel de Stoute in 1465 persoonlijk opdracht gaf het kasteel met de grond gelijk te maken. Ook dit kan aanleiding geweest zijn om het goed van de hand te doen door de familie Vilters.

Een slecht gekozen huwelijk

De laatste erfgenaam van de familie Vilters huwde met zijn dienstmeid en liet het maatschappelijk aanzien van de familie zo aanzienlijk dalen. (Je mocht wel kinderen verwekken bij dienstpersoneel maar ermee huwen deed men niet). Vermoed wordt dat hij zo in financiële problemen kwam en alle familiegoederen waaronder ook het Lobosdomein moest verkopen. De familie verhuisde naar de Noordelijke Nederlanden.

Residentie versus buitenverblijf

De families van de Boogaerde en Vilters verbleven permanent in het kasteel. Vanaf de Geloes en tot op heden wordt het enkel als buitenverblijf bewoond.

Een omstreden familekwestie

Na de dood in 1781 van de vrouw van Arnold de Geloes, was deze tak van de familie volledig uitgestorven en waren er geen rechtstreekse erfgenamen meer van het aanzienlijke nalatenschap, waaronder het domein Lobos en de bijbehorende titel 'heer van Lobosch'. Over het verdere rechtmatige bezit van het leengoed Lobos zouden twee kandidaten, Guillaume Graaf de Geloes en Ambrosius Graaf von Spee, (beiden afkomstig uit een andere tak van de familie de Geloes) een gerechtelijke strijd uitvechten voor één van de hoogste gerechtsinstanties in het Heilige Roomse Rijk. Ambrosius Graaf von Spee zou het pleit winnen, maar zijn kinderen verkochten het Lobosdomein nadien toch aan de kinderen van Guillaume Graaf de Geloos, die het enkele jaren later op hun beurt opnieuw verkochten aan André Spoelbergh om gemaakte schulden te kunnen delgen.

Hiermee komt er een definitief einde aan 300 jaar heerschappij over het Lobos door de adellijke familie de Geloes.

Aanpassingswerken

Voor 1828 wordt de slotgracht gedeeltelijk gedempt. De aanleg van de spoorlijn Diest-Hasselt in 1864-65 verdeelt het domein in twee. Rond 1885 wordt het grachtenstelsel verder gedempt. Het haakse gedeelte van het kasteel wordt gesloopt en vervangen door een verlenging van het hoofdgebouw.

19e en 20e eeuw

Vanaf de 19e eeuw (na de families van de Boogaerde, Vilters en de Geloes) wisselde het domein regelmatig van eigenaar:

1813-1821: André Spoelbergh, zoon van een brouwer en burgemeester van Diest.
1821-1836: Wilhelm Dilthey, een majoor uit het Russisch-Pruisisch leger dat tegen Napoleon had gevochten.
1836-1844: Hubert-François Fischbach-Malacord, un nouveau riche, eigenaar van het Sint-Jansbergkasteel, burgemeester van Zelem.
1844-1864: Lambert Lepage, een militair geneesheer die in het leger van Napoleon heeft gediend maar zich op het einde tegen Napoleon keerde en mee vocht in de slag bij Waterloo.
1864-ca. 1900: Victor Jean Van Hoorde, Brussels rentenier. Hij zou het kasteel met park rond 1885 grondig herinrichten en het grotendeels zijn huidige uitzicht geven.
ca. 1900-1970: De familie Decoster uit Leuven. Vital Decoster, burgemeester van Leuven. Hij verleent zijn naam aan de Zelemse Decosterstraat, in de volksmond ook het 'Kerkepad' genoemd. Zoon Paul Decoster, professor in de filosofie, gehuwd het Emilie Pavard, in Zelem beter gekend als 'Madame Decoster'.
1970-heden: De familie Squilbeck, een familie van Brusselse magistraten.

Deze families gebruik(t)en het kasteel enkel als buitenverblijf.

Familie Vilters vandaag

Sinds de 19e eeuw wonen er terug dragers van de familienaam Vilters in Zelem. Of deze generaties afstammen van de vroegere heren van Lobosch kan niet nagegaan worden daar alle parochie- en burgerlijke registers van Schaffen dewelke uitsluitsel zouden moeten geven tijdens WO1 in de vlammen opging.

Koningin Mathilde

Door de weloverwogen keuze van geschikte huwelijkspartners, hun ambten en actief beheer van hun bezittingen zou de familie de Geloes uitgroeien tot één van de rijkste en aanzienlijkste geslachten in het Prinsbisdom Luik. (16e tot 18e eeuw) en behoorden ze, in tegenstelling tot de familie Vilters, tot de hogere adellijke kringen. Ze droegen de titel van baron of graaf. Koningin Mathilde d'Udekom d'Acoz stamt af van de familie de Geloes en van de familie Vilters de Lobos.

Bron: E. Das in 'Limburg-Het Oude Land van Loon', 2015, nr. 2 - poging tot reconstructie van de bezitsgeschiedenis van kasteeldomein het Lobos in Zelem.